oktober kind.

  • M Lavell

    “Hetzelfde geldt voor het onderwijs. Het is niet realistisch om een studie voor een hele kleine groep door te laten gaan.”

    Twintig jaar geleden nog (en daarvoor nog sterker) was iets als Arabische studies zo'n kleine studie. Toen nog typisch iets waarvan beweerd werd dat het je rechtstreeks op zou leiden tot de ww. Nu, achteraf, is het maar goed dat er toch nog enkele ‘gekken’ zijn geweest die deze studie gedaan hebben.

    We hebben ze nu onverwacht hard nodig.

    Dat is toch een beetje een probleem van kleine studies. Je kunt ze wel diskwalificeren als ‘niet rendabel’, maar tegen de tijd dat je de kennis echt nodig hebt, ben je te laat als je dan pas studies in die richting organiseert. Wie weet wat er over twintig jaar nodig is?

    “Volgens mij moet er vooral iets gedaan worden voor de individuele leerling/student die in het ”massaonderwijs“ niet uit de verf komt.”

    Precies, om hen gaat het natuurlijk werkelijk. En dan ook nog vaak om basale vaardigheden als voldoende lees- schrijf en rekencapaciteiten, of het tijdelijk opvangen van leerlingen van een hoger niveau die door omstandigheden niet meedraaien.

    Afgelopen zaterdag stond er een artikel in het NRC over Turkse ouders (hoog opgeleiden) die er steeds vaker voor kiezen hun kinderen naar Turkije naar particuliere scholen sturen omdat hun kinderen in Nederland vooral met afstroom naar lagere niveau's te maken krijgen.

    Een jaartje er met de pet naar gooien, levert meteen niveau-zakken op, en dat weer motivatieverlies en dus weer niveau-zakken.

    Niet alleen Turkse leerlingen worden hiermee geconfronteerd. Feitelijk lopen alle leerlingen die eens zijn blijven zitten of ‘zorgleerling’ geweest zijn of nog zijn, dat risico. Dit heeft alles te maken met het risicomijdend gedrag van scholen die steeds meer zeker willen zijn van het vlees dat ze in de kuip hebben en bij twijfel niet inhalen. In die gevallen worden leerlingen steeds sneller geconfronteerd met een lager advies dan waar hun ambities liggen. Ze krijgen niet de kans om hun leven te beteren of een hoger niveau te proberen.

    Ik begrijp de keus van die Turkse ouders daarom wel. Zelf heb ik om vergelijkbare redenen voor een particuliere school voor mijn jongste gekozen. Maar ik kan dat betalen en dat zal niet iedereen zomaar lukken.

    Ik vind dat er meer ruimte moet zijn voor wat ik voor het gemak maar even ‘mantelonderwijs’ noem. Familie, kennissen of een prive ingehuurde pedagoog. Vroeger, voor de invoering van de schoolplicht, was dat heel gewoon. Mijn zus kreeg het op advies van de kinderarts. Eén middag in de week privé onderwijs bij een zelfstandig pedagoge. Dat was best te betalen. Mijn zus heeft in die halve dag per week, twee jaar onderwijs ingehaald. Privé-onderwijs is nu eenmaal veel effectiever dan groepsonderwijs.

  • Karel de Gucht

    Bij dat soort “opleidingen tot de WW” zie je vaak de varkenscyclus: niemand gaat er meer aan beginnen, gevolg: een tekort aan gekwalificeerde personen in het vakgebied. Vakgebied wordt interessant: overschot aan studenten. Vervolgens is het weer een opleiding tot de WW en zitten we weer bij het uitgangspunt. Datzelfde hebben we met de IT gezien.

    “Privé-onderwijs is nu eenmaal veel effectiever dan groepsonderwijs.”

    Je weet wel niet of je een charlatan in huis haalt.

  • M Lavell

    Charlatan?

    Laten we wel wezen, onderwijzen (en dan met name in de kernvakken lezen, schrijven en rekenen) is geen hogere wiskunde of breinchirurgie.

    Met een boekje en een handleiding komt iedereen die zelf kan lezen en schrijven een heel eind.

    Les geven wordt pas echt ingewikkeld als je het in een klas moet doen. De groepsdynamiek in het oog houden én de ontwikkeling van de individuele leerlingen in de gaten houden. Dat is moeilijk.

    Maar in een 1:1 situatie, gelden hele andere dingen.

    Bovendien zijn de vorderingen door elke ouder die zelf op school heeft gezeten, goed te controleren. Het is geen genezen waarvoor je bloedonderzoek nodig hebt om te kijken of het werkt. Je kunt het vrij direct waarnemen allemaal.

    Maar als je geen vertrouwen hebt in jezelf (ouder) of in je hoog opgeleide tante Aleida, dan pak je de gouden gids en zoek je een zelfstandig gevestigd RT-er die is aangesloten bij de beroepsvereniging.

  • Theo

    Beste JK,

    Je beweert:

    ' Ja dat is wel wel zo. Je ziet het ook bij openbaar vervoer: onrendabele lijnen verdwijnen.''.

    Je vergelijking tussen openbaar vervoer en het onderwijs, lijkt mij niet zo passend. Het is aanlokkelijk om twee (verschillende) zaken met elkaar te vergelijken. Echter, je moet wel oppassen. Naar mijn mening kun je wel verdedigen dat zowel het aanbieden van openbaar vervoer als het aanbieden van onderwijs twee verschillende vormen van dienstverlening zijn. En op dit punt kun je onderwijs met openbaar vervoer vergelijken. Maar als je kijkt naar de inhoud (soort produkt/ dienst, de bijbehorende prijsvorming investering en financiering, de distributiekanalen en de plekken waar de diensten worden aangeboden) van beide vormen van dienstverlening dan lijkt mij dat je met een voortgezette vergelijking, kenmerken en eigenschappen van onderwijs en openbaar vervoer gaat vergelijken, die je niet met elkaar kunt vergelijken. Dan krijg je zoiets als de (of is het 'een vergeijking) vergelijking van appels en peren. Het zijn beide vruchten en dan verder…..?

    Je zegt verder:'

    Je moet natuurlijk ook wel in ogenschouw houden dat je geen bus kan laten rijden voor 3 passagiers per week Hetzelfde geldt voor het onderwijs. Het is niet realistisch om een studie voor een hele kleine groep door te laten gaan.

    Inderdaad, vanuit financieel - bedrijfseconomisch standpunt kan een busonderneming geen bus voor drie passagiers per week laten rijden. Het is ook niet realistisch om een studie voor een hele kleine groep door te laten gaan. Financieel ongewenst voor de betreffende instelling(en). Maar moeten daarom bepaalde studies uit Nederland verdwijnen? Uiteraard zou je als student kunnen uitwijken naar het buitenland. Het gaat mij er hier niet om of er alternatieve studiemogelijkheden zijn, maar of we dit met z'n allen in Nederland ook echt willen dat we alleen ‘leuke’ en ‘studeerbare’' studies/ opleidingen gaan aanbieden.

    Hoe je het ook bekijkt: studeren doet eenmaal een beroep op verstandelijke vermogens. Denken, doordenken, en (nog) verder denken …en nog verder… Als je niet verder kunt, teruggaan naar een vorige denkstap. Heb ik het wel goed gedaan? Zijn er andere mogelijkheden? Recursief denken, heet dit. En natuurlijk moeten studenten hierin tijd, inspanning en energie investeren om deze denkvaardigheden te leren. Studies zoals wiskunde, fysica, chemie, biologie, informatica, econometrie en actuariele wetenschappen zijn lastige, moeilijke studies en juist voor deze wetenschappen heb je (onder meer) recursief denken nodig. Natuurlijk moet je niet aan iedere student dezelfde intellectuele eisen stellen. Kijk naar de capaciteiten van leerlingen/ studenten en breng hen dan naar wat er moet worden onderwezen. En natuurlijk heb je hiervoor een speciale vakdidactiek en (bruikbare) kennis van onderwijs - en leerpsychologie, nodig. Het onderwijs liever niet naar de leerlingen/ studenten brengen. Het risico dat je dan je onderwijs (althans de inhoud ervan) voortdurend gaat aanpassen, is naar mijn mening te groot.

    Hoe groot is voor jou ‘een hele kleine groep’'? Laat ik veronderstellen dat je met ‘kleine groep’ bedoelt enkele tientallen studenten. Maar…als je dit criterium hanteert dan kun je heel veel studies in Nederland opheffen: wiskunde en natuurwetenschappen en (sommige) talenstudies, bijvoorbeeld. Het lijkt mij dat het opheffen van dergelijke studies niet erg slim is. Wat een kennis en een kunde gaan dan niet verloren. En dan heb ik het niet over kennis van de wiskunde op het niveau van het voortgezet onderwijs. Dat is niet meer dan het kunnen werken met de grafische rekenmachine. Wiskundig (leren) denken, leer je zo niet..

    Toegegeven je kunt (ontbrekende) kennis en kunde desnoods in het buitenland inkopen, maar je moet als inkoper toch weten welke kwaliteit je moet inkopen? Of wil je deze inkoopbeslissing ook uitbesteden…..

    Langs een omweg kun je inderdaad je beoogde studiedoel(en) bereiken. Dat is nu al zo, zelfs in Nederland. Kijk maar op het internet naar de studiemogelijkheden die zowel gesubsidieerde en niet-gesubisidieerde instellingen voor onderwijs aanbieden.

    Je zegt verder:

    'Je moet niet uit het oog verliezen dat iets betaalbaar moet blijven we betalen er met zijn allen voor en het kan niet zo zijn dat een onevenredig groot deel gaat naar 7 studenten die zo nodig bloemkoolkunde willen studeren.

    Vervang je bloemkoolkunde maar door wiskunde. En de situatie die je beschrijft is al werkelijkheid aan sommige universiteiten in Nederland. Als ik mij niet vergis, las ik enkele weken geleden een artikel in de NRC geschreven door een hoogleraar, waarin hij zei dat er aan de Universiteit van Lille (Frankrijk) en die van Kaiserslautern (Duitsland), twee kleine universiteiten, meer studenten wiskunde studeren dan in Nederland aan alle universiteiten. Op deze manier bereikt Nederland nooit het beoogde doel: een toonaangevende economie worden!

    Nog niet zo lang geleden bood de Open Universiteit Nederland die zich profileert als de universiteit voor digitaal afstandsonderwijs, een studie wiskunde aan. Ook was er een ruim aanbod van cursussen wiskunde. Maar het studiepad wiskunde is opgheven. Te weinig studenten! Zelfs de inzet van geavanceerde informatie - en communicatietechnologie heeft de opheffing ervan niet kunnen voorkomen. Zo zie je maar, ict-toepassingen zijn ook niet altijd een oplossing….zelfs niet in het afstandsonderwijs.

    Je vervolgt:

    'Je kunt ook erg ver komen met zelfstudie, er zijn mensen die door zelfstudie experts geworden zijn op hun gebied.

    Volkomen gelijk! Echter, bij mensen voor wie dit geldt zijn er tegenwoordig voldoende mogelijkheden om in een zogenoemd ‘assessment’' aan te tonen dat zij inderdaad bepaalde kennis, kunde en vaardigheden, hebben. Volgens de hogescholen die deze ‘assessments’' aanbieden, is er juist bij mensen die veel aan zelfontwikkeling hebben gedaan, veel behoefte om de zo verworven kennis, kunde en vaardigheden, formeel te laten bekrachtigen door een ‘externe partij’ . De Hogeschool van Amsterdam en de Fontys Hogescholen kennen sinds kort de toelatingsprocedure Elders Verworven Competenties. Tegenover een aantal docenten, aan de hand van praktijkproblemen kunnen ‘zelfontwikkelaars’' zo laten hoe zij die problemen zouden aanpakken. Het gaat hierbij niet om een mogelijke oplossing, maar meer om de benadering van het probleem.

    Je verwijst tenslotte naar voorzieningen in het onderwijs voor het opvangen van leerlingen/ studenten die dreigen uit te vallen. Zeker in het huidige hoger beroepsonderwijs. Je krijgt er zelfs studiepunten voor. Zo kent de Hogeschool van Amsterdam cursussen studieloopbaanbegeleiding waarmee je ook (heel veel) studiepunten kunt verdienen na afronding van het programma. Daarnaast zijn er mentorgesprekken en spreekuren van studieadviseurs, decanen, psychologen en maatschappelijke werkers en andere bemiddelaars en hulpverleners…Soms denk ik wel..veel te veel! .Echter, het initiatief moet ook van de student komen. Bovendien, worden zijn/ haar studieresultaten nauwkeurig in cijfervolgsystemen, bijgehouden. Wat wil je nog meer!

    Met de vele studiemogelijkheden die er nu al in Nederland zijn, is het verstandig, lijkt mij, om de ‘niveaubewaking’ van de onderwijskwailteit uitgedrukt in moeijlijkheidsgraad, de mate van abstractie en complexiteit van het aangeboden onderwijs en ook de beoordeling en de waardering van de geleverde studieprestaties, goed te regelen. De beoordeling door de huidige visitatiecommissies vind ik onvoldoende. Die kijken teveel naar de vorm en veel te weinig naar de kwaliteit van de inhoud van het onderwijsaanbod. Verder moet er naar mijn mening worden gelet, dat de cijfers voor geleverde studieprestaties niet te veel en te vaak ‘kunstmatig’ worden verhoogd. Helaas gebeurt dit gesjoemel met cijfers al. Op de school (HAVO/ VWO) waar ik werk, vraagt de directie mijn collega-docent wiskunde regelmatig of er een mogelijkheid is om de cijfers voor een toets te verhogen (op aandringen van ouders). Tja, en dit alles voor een toets die een vrijwel dezelfde inhoud heeft als de toets ervoor, alleen met andere letters en getallen…….Commentaar overbodig.

  • M Lavell

    Eh, Theo…. Zou je misschien een cursus recursief denken kunnen geven op het binnenhof? ;-)

    Je hebt helemaal gelijk en wat je beschrijft is precies wat ik vrees.

    Toch klopt de vergelijking van JK met de buslijnen en dat komt omdat de instelling vrij zijn in het kiezen van hun doelgroep en het bieden van het aanbod. Zij mogen ieder afzonderlijk en om economische redenen (deel)studies schrappen. Geen van hen is aan te spreken op het uiteindelijk mogelijk ontbreken van (delen van) studies als wiskunde of natuurwetenschappen. Ze zijn (meestal) geen overheid, maar privaatrechtelijke organisaties en daarmee zijn zij dan ook niet gehouden aan het in stand houden van onderwijs of opleidingen.

    De vragen die jij je stelt zijn maatschappelijke vragen die de privaatrechtelijke instellingen niet hoeven te beantwoorden.

    Dat is de plicht van de overheid. En als de overheid meent bepaalde studierichtingen te moeten waarborgen, dan is het de overheid die dat moet inrichten, in stand houden en waarborgen, door zelf universiteiten op te richten, of door de bestaande instellingen via de wet die plichten op te leggen.

    Ik meen daarom ook dat ‘leerrecht’ niet uitgekeerd moet worden in geld, maar in niveau en zelfs studierichting. Wie wiskunde wil studeren, moet daartoe toegang krijgen en daarin ondersteund worden. Onderwijs (niveau en richting) moet naar mijn idee tot in hoge mate opeisbaar en afdwingbaar zijn.

    Maar vooralsnog is dat niet zo en zullen instellingen eieren voor hun geld kiezen en onrendabele studies, ook al is dat wiskunde of duits, schrappen.

    Bovendien is het zo dat wiskunde een risicovolle opleiding is. Dat begint al op het VO. Wie een NG of NT profiel wil, wordt aan een zwaardere toets onderworpen en moet een hoger gemiddelde (van alle vakken!) halen dan wie een CM of EM profiel wil.

    Het is bovendien een dure studie. De boeken zijn veel duurder.

    In het vervolg is het risicovol omdat de studie langer duurt en je dus eerder door je leerrechten (geld, studiebeurs) heen bent. Als klap op de vuurpijl zijn de vooruitzichten op de arbeidsmarkt aanmerkelijk minder rooskleurig qua inkomen, dan iemand die HBO bedrijfskunde doet. En toch zit je hoogstwaarschijnlijk met een hogere studieschuld omdat de studie langer duurt.

    Volop beren op de weg dus. Voor de leerling, maar ook voor de school die in de derde klas bij de profielkeuze niet voor kansen kiest (probeer het maar, we gaan er samen wat van maken), maar voor ‘veiligheid’ en dan ook nog vanuit de veronderstelling dat EM en CM de ‘makkelijkste’ profielen zijn.

    Mijn kinderen zijn het daar trouwens niet mee eens en hebben dus exact en dat zelfs dubbel NG+NT gekozen.

  • Karel de Gucht

    “Laten we wel wezen, onderwijzen (en dan met name in de kernvakken lezen, schrijven en rekenen) is geen hogere wiskunde of breinchirurgie.”

    Dat denk je, omdat je vergeten bent, welke moeite het gekost heeft. Om iemand goed te kunnen leren rekenen, moet je behoorlijk onderlegd zijn in de rekenkunde. Om iemand taal te onderwijzen, moet je een gedegen kennis van de grammatica hebben. Automatisch alle werkwoorden goed vervoegen is niet genoeg. je moet precies de regels kunnen doceren, zonder te veel regels te gebruiken.

    “Les geven wordt pas echt ingewikkeld als je het in een klas moet doen.”

    Les geven wordt ingewikkeld, als het specialistische vakken betreft. Pappie en mammie kunnen misschien taal en rekenen geven, maar tegelijk Franse literatuurgeschiedenis, handvaardigheid en integraalrekening wordt toch lastig.

    “Bovendien zijn de vorderingen door elke ouder die zelf op school heeft gezeten, goed te controleren. Het is geen genezen waarvoor je bloedonderzoek nodig hebt om te kijken of het werkt.”

    Ja, dat is de Idolsmentaliteit. Zingen kan iedereen. Dirigeren ook: dat is maar wat met een stokje zwaaien.

  • M Lavell

    Kom Karel, nu overdrijf je toch wat.

    Wat wil je nu staande houden eigenlijk? Dat je diep geleerd en onderlegd moet zijn om les te kunnen geven? Wat mij betreft mag je dat vinden hooor, geen bezwaar tegen.

    Maar Pabo is bepaald geen opleiding voor de knappe koppen, en rekenen (of taal) daar zijn leerkrachten basisschool doorgaans helemaal niet zo geweldig in.

    Dus met je wat opgeblazen ideaalbeeld over leerkrachten (of lesaanbod; meer dan 80% van de leerlingen komt Franse literatuur of integraalrekenen helemaal niet tegen in het curriculum), zeg je in feite dat leerkrachten/scholen onmogelijk in staat kan zijn om leerlingen op te leiden.

    Dat is vast je bedoeling niet, of wel?

  • Karel de Gucht

    Nee, maar die personen krijgen toch een opleiding op PABO of lerarenopleiding. Jij gaat nu vertellen, dat dat allemaal onnodig is. De PABO is niet voor knappe koppen, met een beetje doorzettingsvermogen kan iedereen dat aan, maar je zult hem wel moeten doorlopen om les te kunnen geven. Een artsenopleiding is ook niet moeilijk, is alleen maar stampwerk en wat vaardigheden. Toch moet een arts die opleiding doorlopen hebben om te weten, wat hij moet weten.

    Wat er gebeurt met het onbedoeld experiment van de PABO's, om slecht op te leiden, zie je toch dagelijks om je heen. Slecht taalgebruik, slechte algemene kennis en slecht rekenen zijn er het gevolg van. Er zal toch een instituut moeten zijn, dat die kennis overdraagt aan de toekomstige docenten.

  • Theo

    Je schrijft:

    'Nee, maar die personen krijgen toch een opleiding op PABO of lerarenopleiding. Jij gaat nu vertellen, dat dat allemaal onnodig is. De PABO is niet voor knappe koppen, met een beetje doorzettingsvermogen kan iedereen dat aan, maar je zult hem wel moeten doorlopen om les te kunnen geven. Een artsenopleiding is ook niet moeilijk, is alleen maar stampwerk en wat vaardigheden. Toch moet een arts die opleiding doorlopen hebben om te weten, wat hij moet weten.'

    Je hebt een PABO-opleiding nodig om les te MOGEN geven in het basisonderwijs, niet om les te KUNNEN geven. Je moet de eis van bevoegdheid niet met de eis van bekwaamheid verwarren. Zoals je weet proberen lerarenopleidingen basis - en voortgezet onderwijs de laatste jaren met een zogenoemd competentiegericht (verschrikkelijk woord) studieprogramma iets aan bekwaamheid te doen. Ruim

    2/3 deel van het studieprogramma, bijvoorbeeld in de lerarenopleiding wiskunde (2e graads bevoegdheid) wordt ingevuld met allerlei cursussen bedoeld om de competentie van deze leraren in opleiding te vergroten, of in ‘gewoon’ Nederlands hun bekwaamheid te verhogen. Met het vak wiskunde hebben die competentiecursussen weinig of niets te maken.. Of de lerarenopleidingen wiskunde 2e graad op deze manier kwalitatief betere docenten wiskunde afleveren dan vroeger, daarover heb ik zo mijn twijfels.

    Op mijn school constateer ik dat deze leraren vrij goed in staat zijn om een klas op een leuke, gezellige manier aan het ‘wiskundewerk’ te krijgen In het huidige onderwijs is dit al een grote prestatie.. Maar…hun vakinhoudelijke kennis en vakinhoudelijke bekwaamheid zijn volstrekt onvoldoende. Het Ministerie van

    OC & W vindt dit echter geen bezwaar. Zo lang de docenten in de onderbouw

    HAVO/ VWO en in het VMBO wat betreft hun kennis van de wiskunde iets boven de lesstof staan, is voor het ministerie van OC &W kennelijk voldoende. Dit geldt ook voor de PABO..Je mag hopen dat een docent in groep 8 van de basisschool een vakkennis heeft die (net) iets meer is dan die van (slimme) leerlingen van

    groep 8, voor wat betreft taal en rekenen. Het lijkt mij dat dit de oorzaak is van de matige vakinhoudelijke kwaliteit van vooral de laatste lichtingen leraren basisonderwijs.

  • M Lavell

    “Jij gaat nu vertellen, dat dat allemaal onnodig is.”

    Nee, want ik heb het helemaal niet over de kwaliteiten van leerkrachten of over schoolonderwijs. Ik heb het over het prive begeleiden van leerlingen die op school stranden.

    Jij doet alsof lesgeven binnen het schoolonderwijs (aan een klas vol kinderen met allemaal verschillende niveaus), hetzelfde is als lesgeven aan een kind, één kind, dat binnen de vorm van dat schoolonderwijs onvoldoende aan zijn trekken komt.

    Het zijn twee totaal verschillende dingen met ook nog eens totaal verschillende doelstellingen. Ja, een leerkracht die voor de klas staat moet ook in staat zijn de knappe koppen uit die klas wat bij te brengen (helaas is dat niet altijd zo)

    Maar iemand die een kind prive begeleidt bij het leren schrijven, lezen en rekenen, hoeft dat niet te kunnen. Zeker niet als het dat kind in de schoolse vorm ook nog eens op achterstand is geraakt. De ambitie is niet hoger dan ‘kijken of dit beter werkt’. En dat kan beter werken omdat het om 1:1 leren gaat. Dat is zoveel effectiever dat het opleidingsniveau van de begeleider minder belangrijk is, als die begeleider zelf maar in staat is te begrijpen wat er in het lesboekje en de handleiding daarvoor staat.

    Dat is niet zo moeilijk, want de lesboekjes zijn voor de doelgroep geschreven. Voor kinderen vanaf een jaar of 5 a 6. Ik ben in de veronderstelling dat de meeste volwassenen die zelf naar school zijn geweest in staat moeten zijn om dat te begrijpen. Dat is niet zo'n rare veronderstelling, toch?

    “De PABO is niet voor knappe koppen, met een beetje doorzettingsvermogen kan iedereen dat aan, maar je zult hem wel moeten doorlopen om les te kunnen geven.”

    Nee. Je moet 'm doorlopen om les te mogen geven op een basisschool aan een klas vol kinderen. Zie de opmerkingen van Theo hierover.

    Dat les mogen geven op gesubsidieerde scholen aan bevoegdheden is gekoppeld, diskwalificeert anderen niet automatisch van de vaardigheid. Zeker niet als je het ook nog eens over een hele andere omgeving of situatie hebt; klas vol kinderen met allemaal verschillende niveau's versus één kind met één niveau.

    Bovendien is het wel zinnig je te realiseren dat lesgeven, kinderen iets leren, helemaal niet aan school is voorbehouden. Ouders zijn er vanaf dag één van de geboorte van hun kind mee bezig. Badjuffen, akela's, vrijwilligers van de muziekband of de voetbalclub en paardrijmeisjes, leggen er elke week weer hun ziel en zaligheid in. Daar komt nog bij dat we allemaal als leerling ervaring hebben in hoe leren werkt en dat het hebben van een diploma op zijn minst aantoont dat je hebt begrepen hoe leren werkt.

    Het is geen totaal onbekend terrein. Flinke delen ervan zijn wel degelijk bekend.

    “Een artsenopleiding is ook niet moeilijk, is alleen maar stampwerk en wat vaardigheden.”

    Dat is absolute flauwekul. De Pabo heeft instroom van leerlingen die Havo CM hebben gedaan of MBO. Om aan medicijnen te kunnen beginnen moet je VWO NG hebben gedaan. Dat is een totaal verschillende leerlingenpopulatie en onder die laatsten zitten werkelijk de knappe koppen. Het niveauverschil is enorm.

    “Toch moet een arts die opleiding doorlopen hebben om te weten, wat hij moet weten.”

    De vergelijking met de dokter is heel interessant. Niet voor niets noemde ik ‘mantelonderwijs’ analoog aan ‘mantelzorg’. Heb je in de omgeving een kennis of familielid met een chronisch ziek kind? Moet je eens navragen wat die ouders allemaal aan medische handelingen verrichten bij dat kind en van wie ze dat geleerd hebben.

    Dat gaat werkelijk tot en met het op eigen beslissing toedienen van medicijnen en zelfs het geven van injecties of beademing. Diabetes patienten injecteren zichzelf. Dyalise patienten dyaliseren zichzelf in sommige gevallen (Bart de Graaf van BNN bijvoorbeeld).

    In dit soort gevallen gaat precies op wat voor onderwijs ook opgaat. Deze patienten en ouders zijn geen dokter en hebben geen opleiding gehad. Ze zijn dus niet in staat om een hele praktijk met allerlei patienten met verschillende ziektes en genezingsniveau's te behandelen. Maar ook aan hen is, bijna ongeacht hun eigen opleidingsniveau, te leren hoe ze zichzelf of hun eigen kind moeten behandelen.

    En dat is doodgewoon, hoewel het hier om leven en dood kan gaan. Het alternatief is namelijk dat dat kind nooit meer thuis komt en altijd in het ziekenhuis verblijft omdat het chronisch medische zorg nodig heeft.

    Dat is veel te duur en veel te belastend voor die kinderen, dus stuurt de dokter ze naar huis met een handleiding en een cursus.

    Als dat met medische zorg en handelingen kan, waarom kan dat dan niet met onderwijs? Iemand leren lezen is daadwerkelijk veel makkelijker en minder risicovol dan iemand behoeden voor een verstikkingsdood als gevolg van iets veel voorkomends als een astma-aanval. Waarom zouden we het laatste (na instructie) moeiteloos overlaten aan de ouders of de patient zelf, maar van ‘leren lezen’ krampachtig iets maken dat ‘voor het gewone volk’ te moeilijk is?

    Ik vind dat nogal arrogant eigenlijk.

    “Wat er gebeurt met het onbedoeld experiment van de PABO's, om slecht op te leiden,”

    Dat is echt een hele andere discussie die niks te maken heeft met de mogelijkheden die mantelonderwijs kunnen bieden aan kinderen die op school tussen wal en schip raken.

    Hoewel: Misschien is het wel zo dat het dalende niveau van leerkrachten de noodzaak voor alternatieven vergroot.

    Overigens vind ik dat je dat dalende niveau van leerkrachten ook als een bewijs van het succes van het onderwijs kunt zien. Vroeger werden de knappe koppen uit de arbeidersklasse leerkracht. Iets anders zat er voor hen nauwelijks in.

    Tegenwoordig kan elke knappe kop voor een hogere opleiding kiezen. Dan blijven vanzelf de mindere goden over die voor Pabo kiezen. Bovendien groeit de bevolking die hoger is opgeleid dan de leerkracht en zijn er dus inderdaad steeds meer ouders die beter schrijven, lezen en rekenen.

    Nee, ik vind het helemaal niet erg dat de leerkrachten van tegenwoordig geen knappe koppen meer zijn. Waar ik me dood aan erger is als de suggestie gewekt wordt dat ‘leerkracht’ synoniem is aan ‘veel weten en kunnen en vakbekwaam zijn’.

    Zoals jij dat eerder deed bijvoorbeeld. Dat bijna automatische verband is van lang geleden en vandaag niet meer realistisch.

    Daarmee zijn leerkrachten allerminst gediskwalificeerd, want het lesgeven aan een klas met al die verschillende niveau's, vereist kennis en vaardigheden en ervaring die niet iedereen zomaar heeft.

    Het begeleiden van één kind is iets heel anders en kan, met een beetje instructie desnoods, door bijna iedereen gedaan worden. Willen is hier belangrijker dan kunnen.