Nederlands onderzoek: 'Videocolleges succesvol'

  • Vigi

    Notitie videocolleges

    27 november 2007, Maarten van de Ven

    De laatste jaren neemt het gebruik van videocolleges enorm toe. Diverse universiteiten stellen momenteel videocolleges ter beschikking. Dat geldt zowel in Nederland, met voorbeelden als UvA, TUE, UL, RUG en EUR, als in het buitenland, met voorbeelden in Amerika als MIT, Berkely, Princeton, Harvard en Yale.

    Motieven voor gebruik van videocolleges

    Het belangrijkste motief voor het beschikbaar stellen van videocolleges is flexibiliteit van contactmomenten in het onderwijs. Dat kan op verschillende manieren worden gerealiseerd. In het SURF-project Triple-L worden de volgende scenario’s onderscheiden:

    1. Live

    Studenten kunnen vanuit andere locaties deelnemen aan (onderdelen van) een college of presentatie. Via een videoconferencing systeem kunnen studenten op afstand een college bijwonen, inclusief stellen van vragen, beantwoorden van vragen en deelnemen aan stemrondes. Een voorbeeld van een toepassing van dit scenario is het geven van een college vanuit één universiteit waar een bepaalde specialisme aanwezig is aan studenten van andere universiteiten.

    2. Hergebruik

    Studenten kunnen opnamen van (onderdelen van) colleges of werkcolleges op afstand en op elk gewenst moment (opnieuw) bekijken. Deze opnamen worden via een digitale leeromgeving zoals Blackboard of`SIN Online aangeboden. Ten eerste kunnen deze opnamen worden gebruikt als naslagwerk, bijvoorbeeld voor studenten die zich op het tentamen bij dit college voorbereiden, voor studenten die lastige theorie nog eens willen bestuderen of voor deeltijdstudenten die niet in staat zijn de colleges daadwerkelijk bij te wonen. Ten tweede kunnen deze opnamen worden gebruikt ter vervanging van gewone hoorcolleges, bijvoorbeeld om tijd vrij te maken voor meer kleinschalige onderwijsvormen, of ter vervanging van colleges die meerdere keren per jaar gegeven moeten worden of practicuminstructies die vaker aangeboden moeten worden.

    3. Opdrachten

    Studenten kunnen bewerkte opnamen van (onderdelen van) colleges of werkcolleges op afstand en op elk gewenst moment bestuderen. De opnamen zijn voorzien van opdrachten, al dan niet van interactieve aard. De opnamen zijn daarmee onderdeel van een interactieve syllabus of set (huiswerk)opgaven.

    4. De student als producent

    Studenten maken zelf video-opnamen, bijvoorbeeld in het kader van projectonderwijs. Ze stellen deze opnamen als presentatie of ter discussie beschikbaar aan andere studenten. Studenten vinden dit een zeer motiverende vorm van gebruik van video, waarschijnlijk omdat ze zich sterk met dit product kunnen identificeren.

    Hergebruik van opnamen van colleges

    Studenten zijn zeer tevreden over de mogelijkheden van videocolleges als hergebruik van colleges. Uit ervaringen op verschillende universiteiten, waaronder de TUE, de TUD, de universiteit Leiden, de universiteit Wageningen en de UvA blijkt telkens weer dat studenten de videocolleges beschouwen als een aanvulling op de gewone colleges. Het collegebezoek neemt niet af en het bestuderen van videocolleges neemt juist voor het tentamen een enorme vlucht. Direct contact met de docent blijft essentieel, de videocolleges worden gezien als aanvulling.

    Voorbeelden van andere voordelen van deze vorm van videocolleges zijn het oplossen van bepaalde roostertechnische problemen (bijvoorbeeld indien studenten colleges van een andere dan hun opleiding volgen op momenten dat ze al een ander college volgen) en het docenten laten reflecteren op hun doceeractiviteiten van zichzlef of van collega-docenten.

    Bijna zeventig procent van de rechtenstudenten aan de Universiteit Leiden heeft weleens een college laten schieten om die later op internet terug te kijken. Daaronder zitten waarschijnlijk veel deeltijdstudenten, die vanwege hun werk wel eens een avondcollege missen. Dat blijkt uit een evaluatie van een experiment dat aan de Rechtenfaculteit van de Leidse universiteit is uitgevoerd met het opnemen en online aanbieden van colleges.

    De videocolleges van de vakken Europees Recht en Internationaal Recht, die in de proef zaten, waren populair: zo'n 85 procent van de studenten heeft minstens één college teruggekeken, zeventig procent zelfs vijf of meer. Voor bijna zeventig procent vormt het videocollege een “waardevolle aanvulling.” De helft vindt zelfs dat het opgenomen college een geschikte vervanging is van het originele college. Verder gebruikt het overgrote deel van de studenten de videocolleges vooral als voorbereiding op het tentamen.

    Aan de TU Delft is van het vak Mechanica een soortgelijke evaluatie gemaakt en daaruit blijkt dat negentien van de 72 studenten (26 procent) geen video's had bekeken. Net als in Eindhoven, is er in Delft geen indicatie dat studenten bij hoorcolleges wegblijven. “Het bezoek is sinds de start twee jaar geleden niet aanwijsbaar afgenomen. Ook uit Amerikaans onderzoek blijkt dit niet.” Volgens Huijbers komt dit omdat studenten de sociale en interactieve component van het gezamenlijk volgen van lesstof belangrijk vinden.

    Kwaliteit van hergebruikte videocolleges

    Integraal opgenomen en onbewerkte videocolleges zijn vaak van beperkte kwaliteit, bijvoorbeeld omdat de betreffende docent onvoldoende gedetailleerd in beeld is. Een mogelijkheid om dat te voorkomen is het opnemen van een college in een studie-achtige setting, waarin een docent aan een paar studenten les geeft. Een voorbeeld hiervan is de opname van het vak Algemene Rechtsleer op de UvA.

    Een belangrijk voordeel van deze aanpak is dat de docent beter zichtbaar is, inclusief zijn mimiek, gebaren en andere non-verbale signalen. Dat versterkt de kwaliteit van de communicatie met zijn publiek. Andere mogelijkheden zijn het afwisselen of aanvullen van de opnamen met schema’s, tekeningen, Powerpoint slides, voorwerpen of film. Bovendien kunnen de opnamen dan in kleine stukjes worden aangeboden. Onderzoek van digitale leeromgevingen die gebruik maken van video tonen aan dat studenten zich telkens slechts korte tijd op het materiaal kunnen concentreren.

    Een ander punt is de lengte van de opnamen. Integraal terugkijken van colleges kost veel tijd en is een relatief inactieve bezigheid. Studenten vinden dat niet aantrekkelijk (Verhagen 1992, Collis & Peters, 2000). Aan de TU Delft werd al in 2000 bij het vak Management van ICT- georiënteerde organisaties kort na ieder college een samenvatting van het college gemaakt in de vorm van een aantal videoclips van 2 tot 3 minuten, waarin de docent vanuit zijn eigen kamer optreedt. Studenten waren heel enthousiast en circa 50% bekeek alle clips. Ze zagen de videoclips als additioneel ten opzichte van de colleges, niet als vervanging daarvan.

    Knelpunten bij het herbruik van videocolleges

    Een van de grootste knelpunten bij het gebruik van videocolleges ligt op het gebied van auteursrecht: de mogelijkheid die bestaat om de videocolleges illegaal via al dan niet openbare websites ter beschikking te stellen aan gebruikers buiten de groep studenten die het college volgen. Dat is één van de redenen voor docenten om te kiezen voor collegeopnamen zonder videobeelden van de docent zelf. Het betreft dan bijvoorbeeld geluidsopnamen, Powerpointslides met gesproken tekst of video van een whiteboard.

    Samenvatting in steekwoorden

    Gehanteerde motieven voor gebruik van videocolleges

    - Extra studiemogelijkheid voor studenten (aanvulling op colleges, als naslagwerk)

    - Efficient gebruik van docenttijd (vervanging van colleges of werkcolleges)

    - Bedienen van verschillende doelgroepen (deeltijdstudenten, schakelstudenten, instromende studenten met deficienties)

    Vorm van videocolleges

    - Omvang van de colleges: eerder fragmenten van colleges dan integrale opnamen

    - Aard van colleges: eerder opnamen van geënsceneerde colleges dan opnamen van echte colleges

    - Aard technische informatie: eerder gesproken tekst met Powerpoint plaatjes dan bewegend beeld

    - Soort hardware: nu nog vooral voor de computer, in de toekomst ook voor ipods, pda’s, telefoons etc.

    Referenties

    Berkeley

    http://www.youtube.com:80/profile_play_list?user=ucberkeley

    MIT

    http://ocw.mit.edu/OcwWeb/Sloan-School-of-Management/15-356Spring2004/VideoLectures/

    Princeton

    http://www.princeton.edu/WebMedia/lectures/

    Harvard

    http://blogs.law.harvard.edu/cyberone/course-materials/lecture-videos/

    Yale Law School

    http://www.law.yale.edu/news/VideoArchive.asp#2007

    Link naar bovenstaand artikel:

    http://www.frg.eur.nl/fileadmin/ASSETS/frg/onderwijs/pdfMentink/Videocolleges27-11-08.pdf

  • Marto

    Yo, daar gaat ie weer!

    Mr Spam is weer aan het woord.

    groetjes aan:

    uifka, une, bree, san, nonie, driehoek, de pi, auve, bjp, pit, grace, gilk, fluor, q, rosh, sie, sina, jos baten, vroen, frog, rfs, tjif, pferde, nd, DVI, bsb, tedbea, fleek, woesj, Conrad van Pruijssen, G.van Vliet, setille, till, vigi, sats